De werkzaamheid van EMDR (letterlijk Eye Movement Desensitization en Reprocessing) is erop gebaseerd dat je gelijktijdig met je aandacht in het heden en in het verleden van de traumatische gebeurtenis bent, met de bijbehorende spanning die dat oproept. Dit wordt bewerkstelligd door één van de zintuigen te prikkelen, waardoor een deel van de aandacht als vanzelf in het heden blijft.
Dit kan door het heen en weer bewegen van de vingers van de begeleider of een balk met lampjes die heen en weer gaan en die gevolgd worden met de ogen. Ook kan het gehoor worden geprikkeld met geluidjes die afwisselend links en rechts klinken via een koptelefoon.
En een mooie toepassing met name bij kinderen is de prikkel van het voelen. De persoon omarmt zichzelf en trommelt met de vingers afwisselend links en rechts op de andere arm.
Langs deze weg komt de verstarring als het ware uit de doodlopende steeg en komt weer in beweging. Door het herhalen in sets van de prikkel op telkens een nieuw aspect van de gebeurtenis kan deze in stappen verwerkt worden.